Historische Kring Bemmel


Terug naar bronnen




Bronnen: Leenakteregister: Afgesplit van 86a. 86a § 6. BEMMEL.


    Afgesplit van 86a § 6. 86a § 8. BEMMEL. Een hofstede, groot ongeveer een halve mergen, dog so groot en kleyn als deselve thans bij Marten Spee in pagtinge gebruykt word, met seventhien opgaende boomen, beswaerd met een roede landdijk, sijnde de twede onder Doornik, in N°. vijff, enz. als een bijsonder leen, ten Zutphense rechten leenroerig, opgedraegen door

Peter Roodbeen aen Manis Fredriks, die daermede beleend is, 8 Decemb. 1739. Bernardus Berends, nomine uxoris Johanna Fredriks, erfgenaam sijns schoonvaders Manis Fredriks, voorbehoudens de tugt aan desselfs schoonmoeder Emilia Otten, beleend, 26 Octob. 1776.

Denselven voor sig en namens sijn vrouw draagt dit leen op aan Steven Walraven van Randwijck, die daarmede weder beleend is, 6 Octob. 1784.

© HKB 2006 | a3